Naast mij op de passagierszetel lag het boek De
Draaischijf van Tom Lanoye. Het was
aardedonker en de pletsende regen scheen in de koplampen. Ik had die
vrijdagavond toch maar voor de wagen gekozen voor mijn bezoek aan de
bibliotheek. En net nu op weg naar huis, op het eigenste moment, werd ik
vergezeld via Radio 1 door een lovende bespreking van hetzelfde boek. Spoiler
alert, dacht ik. Maar vooral veel zin om zeer tegen mijn gewoonte in mij als
verwoed non -fictie lezer te verdiepen in een roman. Maar ja, niet zomaar een
roman. De Draaischijf stond op de short list van de Boon, de Vlaamse
literatuurprijs 2023. En bovenal was deze historische roman het werk van de
alomgeprezen en gelauwerde Tom Lanoye. Ik maakte wel enig voorbehoud omdat het
thema (theater, collaboratie, Tweede Wereldoorlog) mij niet bepaald aansprak,
maar ik wou de gevierde schrijver een kans geven. Tot op vandaag heb ik immers
veel respect voor de kritische pen die Lanoye onverdroten hanteert in zijn geëngageerde
columns. Hij blijft de politieke rechterzijde glansrijk over de hekel halen.
Waar is overigens de tijd dat wij samen op de barricaden stonden? In zijn
Antwerpen stonden we zij aan zij – en hij met zijn partner – destijds aan het
Justitiepaleis met Agalev te betogen voor of tegen ik weet al niet meer wat.
Droeg hij toen al een gekleurd brilletje en een opvallend pak? Hij klampte zich
letterlijk vast aan zijn partner René Los die openlijk voor onze groene partij
opkwam. Ik heb De Draaischijf uitgelezen. Literair verfijnd, dat wel, maar
inhoudelijk niet op mijn lijf geschreven. Daarom ga ik nu voor een ander boek
van de Boon short list: Wat we toen al wisten: de vergeten groene geschiedenis
van 1972. Ik weet nu al dat Geert Buelens de verdiende winnaar is.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten