Dat was me wat vorige week, op weergebied. Noord-Afrikaanse
lucht kwam via Spanje en Frankrijk ons land binnengevlogen. Een kanjer van een
hittegolf was het gevolg. Nooit gezien, nooit gevoeld. Een hittegolf komt
normaal eens in de drie à vier jaar voor. En nu al de tweede op nauwelijks een
maand tijd. Vorige zomer was het ook al tweemaal raak. Het gaat snel. Ukkel
registreerde de afgelopen week liefst 39,7 gaden. Daarmee verplettert het de
36,6 graden van 1947. Weerman Frank Deboosere kon het zelf amper geloven. Als
een record al gebroken wordt is het meestal met 0,1 graden, maar met meer dan 3
graden. Kom nou. De weerman wist met zijn verbazing geen blijf. En hij voegde
eraan toe: “De laatste strohalm voor de klimaatnegationisten is nu ook weg.”
Eat your heart out, klimaatontkenners. Is er airco in het Schoon Verdiep, Bart
De Wever? Was de zeebries nog verkoelend, Jean-Marie Dedecker? Terwijl Goedele
Liekens een dubbele beenbreuk viel in op vakantie in Spanje liet haar Begijnendijk
het warmterecord optekenen met liefst 41,8 graden. Thuis in de Kempen flirtte
de temperatuur met de 40 graden. Zelfs binnenshuis klom het kwik tot boven de
30 graden. We hebben dan ook geen airco en al evenmin rolluiken. Het
toeschuiven van de gordijnen bracht weinig soelaas. En met een goed geïsoleerde
woning als de onze blijft de hitte dan ook nog eens lang binnen. Het zweet liep
me over de rug. De chocolade smolt in de kast. De kat vond geen aangenaam
plekje. En mijn vrouw kwam op het onzalige idee om een tweede koelkast te gaan
kopen. We fietsten door de hete lucht die – zo leek het – uit een warmtekanon
op ons afgeschoten werd. Het straatbeeld oogde leeg. Geen mens op straat,
nauwelijks een auto te bespeuren. We moesten lachen om onze impulsieve
fietstocht, alleen op de wereld. Om wat schaduw te vangen maakten we een
ommetje door het bos. Daar waar het normaal fijn en fris vertoeven is. Daar was
nu geen sprake van. En humeurige insecten vlogen ons om het bezwete hoofd. Het
deed deugd de geairconditioneerde elektrozaak te betreden. Met een grapje vroeg ik de
verkoopster naar een ijskast om mezelf af te koelen. De deal was snel
beklonken. De levering gebeurde snel, net nadat de hittegolf het eindelijk moest
afleggen tegen dreigende onweerswolken. De regen die altijd een spelbreker in
onze zomer was heeft zich ontpopt tot godsgeschenk. Wie had ooit gedacht dat we nog zouden smeken
om hemelwater? Voor onszelf en voor de uitdrogende natuur. Zelfs voor de
laatste klimaatontkenners.
dinsdag 30 juli 2019
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten