donderdag 23 december 2010

Pizza Amai

Vanavond blijven we thuis. Dan zal het precies 1 jaar geleden zijn dat we ongenode gasten over de vloer kregen. Geld, juwelen en kerstcadeautjes verdwenen en onbehaaglijkheid kwam in de plaats. Dat vervelende gevoel bereikt weer haar hoogtepunt in deze donkere dagen. Een kortvakantie tussen Kerst en Nieuwjaar doen we niet meer. Zelfs een avondlijke uitstap wordt zorgvuldig overwogen. En een pizza wordt straks afgehaald en niet meer in het restaurant gegeten. Hadden we dat vorig jaar ook maar gedaan, zeggen we nog wel eens. En hoe cynisch dat mijn vrouw bij het verlaten van de pizzeria zich nog even in de vitrine van de aanpalende bijouterie stond te vergapen terwijl haar eigen juwelenkistje thuis werd leeggeroofd. Ja, de pizza heeft al eens een bittere nasmaak. Dat was in de zomer ook al het geval. Het begon nochtans leuk toen we aan zee een pizza bestelden. Veggies als we zijn bestelde onze zoon een Margaritha met ananas terwijl dochterlief het bij een Hawai zonder ham hield. De ober keek bedenkelijk maar noteerde dan ijverig wat hij hoorde, aangevuld met 2x Vegetariana voor mijn vrouw en mezelf. ‘Yes’, maakten de kinderen het overwinningsgebaar. Het gaat weer lukken. En inderdaad, met een uitgestreken gezicht vroeg de ober even later voor wie de Margaritha met ananas was en voor wie de Hawai zonder ham. Dat het om identieke schotels ging kwam bij de man niet op. Gelukkig wachtten de kinderen tot de ober uit beeld was om het uit te proesten. Zijn collega, een jonge kerel, serveerde de drank en zei met een duidelijk Frans accent ‘dat de oewitte oewijn niet koud is oewant oewe hebben vandaag veel verkocht’. Ik antwoordde ‘dat we misschien dan niet kunnen betalen want we hebben vandaag al veel gekocht’. Ofwel ontging de grap hem, ofwel was zijn kennis van het Nederlands ontoereikend. Zelf lagen we in een deuk van het lachen. Maar het lachen zou ons alsnog vergaan. Alras brak aan de ene andere nog bezette tafel een gevecht in regel uit. Het leek ons van op afstand dat de jonge dienster één van de gasten werd lastiggevallen. Het meisje kreeg versterking van al het personeel, inclusief de kok en de deegroller. Zo werden wij ongewild in de rol van enige toeschouwers geduwd. Het ging er hevig aan toe waarbij slaande argumenten niet gespaard werden. Zo hevig dat onze dochter begon te wenen van de schrik en ik verzocht om haar en de rest van het gezin te evacueren. Helaas moesten we onze rekening nog betalen, maar ook de dame aan de kassa was bezig bij de afrekening aan de andere tafel. Ik stelde aan mijn vrouw voor om de zaak zonder betaling te verlaten, maar dat wou ze niet. Voor ik er erg in had waren we zelf bezig aan een discussie over al dan niet te vertrekken zonder betaling. Uiteindelijk losten we onze schuld af en kregen we een ‘smartenkorting’ voor de pizza van dochterlief.

vrijdag 17 december 2010

De WK-finale

Mijn zoon en ik waren mentaal klaar om de finale van het WK voetbal 2018 bij te wonen. Ik zou op 3 december, dag na de bekendmaking van ons land als uitverkoren natie, verwoed beginnen zoeken naar 2 tickets. Het mocht kosten wat het wil, zo dicht bij in eigen land, of wellicht daar bij de Noorderburen, het is once in a lifetime. We weten ondertussen wel beter. De FIFA heeft een show opgezet en de Belgium-Holland bid was even irrelevant als die van de andere kandidaat-organiserende landen. Window dressing, kostprijs meer dan 10 miljoen euro. De zaligmakende criteria betroffen de geografische expansie van het voetbal en – meer nog – de financiële return (voor FIFA) gekoppeld aan de kruiperijen (ook voor FIFA). Waar anders kom je dan terecht dan bij Rusland en Qatar. Landen die het hemelbedje spreiden voor Sepp Blatter (foto) en draaien wat hij zal vragen. Landen waar respectievelijk de gasroebels en oliedollars ruim voorhanden zijn. Megastadions en bijhorende infrastructuur zullen zonder (hoorbare) kritiek gebouwd worden, zelfs al is het maar voor even. Vergelijk het met ons tochtgat aan de Noordzee. Met wind kunnen we Blatter niet vangen. En dan nog: stel dat de FIFA haar verlanglijstje bovenhaalt: nieuwe stadions, nieuwe wegen, uitbreiding luchthavens en nog meer beton. Actiecomités en groene kritiek zouden het voetbalimperium trachten te dwarsbomen en waarschuwen voor de financiële kater die ons land als trofee zou overhouden. Gelijk hebben ze. Misschien reizen we in 2018 maar eens naar Moskou, want voetbal blijft de belangrijkste bijzaak in het leven.

donderdag 9 december 2010

Straffe madammen

De Boekenbeurs had heel wat fraais te bieden. Ik was er op Madammendag. Bestempel mij niet als sexist, hoewel ik speciaal voor enkele straffe madammen was gekomen. Met alle respect voor de schrijvende vrouwen van kinderboeken, kookboeken, liefdesromans of andere verhalen, voor hen was ik niet gekomen. En uiteraard ook niet voor de kwebbelende dames van Radio 2 die zich ook madammen noemen. Neen, mijn eigen straffe madam en ikzelf (en de kinderen) repten zich tegen half twaalf naar de oranje zaal met vooraan een fauteuil en 2 micro’s. De ene microfoon was bestemd voor een interviewer, de andere voor een schrijver (m/v). Eén plaats zou onbezet blijven. De schrijfster, Tina Ismailova, voorzitster van de Tsjetsjeense gemeenschap in Vlaanderen, overleed op 1 augustus 2008 na een slepende ziekte. Zij stond bekend voor haar strijd voor de mensenrechten en haar vurige pleidooien voor het lot van vluchtelingen uit Tsjetsjenië. Ze werkte ondermeer als rapporteur over mensenrechten voor het Europees Parlement, was journaliste en vluchtte zelf uit Tsjetsjenië naar ons land in 2001. Annemarie Gielen, ook een straffe madam, zat alleen op het podium, klaar om het politieke en culturele leven in Tsjetsjenië te vertellen verweven met het getormenteerde leven van haar vriendin Tina. Annemarie is zelf medewerkster van de vredesbeweging Pax Christi en houdt al jaren de vinger aan de pols in Oost-Europa. Met een krop in de keel en opwellende tranen las ze ook voor uit het boek “Dit was wat ik wilde zeggen”. Het boek bundelt een selectie uit het nagelaten werk van Tina (gepubliceerd onder haar schrijversnaam Taissa Magomajeva). In de drukte van de Boekenbeurs werden we even stil. Mijn gedachten dreven af naar andere straffe madammen die gestreden hebben voor de vrijemeningsuiting en de mensenrechten in de voormalige Sovjet Unie… en het met hun leven hebben bekocht. Natalia Estimirova, Anastasia Baboerova, Anna Politkovskaja… Gelukkig treden andere straffe madammen in hun voetsporen, al zal de leemte nooit opgevuld worden.

vrijdag 3 december 2010

STOP de knieval

Als eenzame fietser heb ik eergisteren een knieval gemaakt voor Koning Winter. Op het spekgladde fietspad ging het al snel mis. Met oppervlakkige kneuzingen en – vooral – een hoop ergernis vanwege een totaal gebrek aan empathie voor winterfietsers vanwege het gemeentebestuur (in casu Olen), vervolgde ik mijn weg met verder gevaar voor lijf en leden op de rijweg. Ik mocht dan wel gedreven zijn door de opstoot van adrenaline die het lichaam zelfs bij een ongeval van de kleinste soort produceert, een voorbeeld voor pakweg de fietsende schooljeugd was ik evenwel niet. Maar het was kiezen tussen de pest en de cholera. En daarbij: de autoweg lag er onwinters veilig bij terwijl het fietspad eerder tot schaatsen uitnodigde. Ik hoopte vurig dat ik de Olense burgemeester, zoals af en toe het geval is, wat verderop zou tegenkomen. Hij fietst ook wel eens naar zijn werk wat mijn achting verdient. Alleen zou hij vandaag de auto kiezen. Zo kon ik hem niet herinneren aan het eerbiedwaardige STOP-principe waarbij gemeenten in volgorde van belangrijkheid voorrang geven aan Stappers, Trappers, Openbaar Vervoer en ten slotte Privévervoer. Helaas worden de mooie woorden in de winter (en niet alleen dan) ondergesneeuwd. Gelukkig kan ik bij de gemeente Olen – via de officiële website – terecht voor een nuttige tip. ‘Maak je niet druk in al die sneeuwellende. Trek op een vrij moment of in het weekend je laarzen aan en maak een wandeling langs de Weeën, langs Meren of door het Olens Broek. Je zal merken dat de winter ook mooie kanten heeft’. Dank je wel, ik blijf ijzig kalm. En nu ik het weekend verder ongeschonden heb gehaald, vind je me de komende dagen in de Olense natuur.