woensdag 28 november 2007

Kopbrekens over hoofddoeken


Le vieux CVP est arrivé. Ik zag het in de ogen van Anne Martens. Tot tranen toe bewogen drukte de dochter van onze ex-premier op het ‘JA’-knopje en zorgde zo mee voor de goedkeuring van het verbod op het dragen van een hoofddoek door het Gentse stadspersoneel. Tegen haar zin, tegen haar principes, maar voor de partijtucht. Kopbrekens over hoofddoeken. Het doet me denken aan Inge Vervotte. Ik hoorde haar als beloftevolle politica in dezelfde zin zeggen dat ze pro het gemeentelijk stemrecht voor migranten was maar dat het beter was om het toch maar niet toe te kennen. Een tsjevenstreek dus. Als dochter van een oppertsjeef deed Anne Martens dan ook wat kon worden verwacht. Ik ben tegen maar ik stem voor. Nog een andere tsjeef keurde in de Gentse gemeenteraad ook tegen zijn geweten mee het verbod goed. En dan is er nog zuster Monica. Voor haar werd een andere oplossing uitgewerkt. Zij mocht zich onthouden. En daar voelde ze zich uiteraard goed bij. Alhoewel ze tegen was. De parallel met mijn eigen ervaring als ex-gemeenteraadslid is makkelijk te trekken. Mijn tussenkomsten vanuit de oppositie werden quasi altijd unaniem door de christelijke meerderheidsleden afgekraakt. In de openbare zitting. Maar nog maar net was de zitting gesloten of één of andere tsjeef kwam me zeggen dat ik ‘eigenlijk wel gelijk had, maar dat ze het toch niet in het openbaar konden zeggen’. Een schrale troost. Tot ik eens zei dat ik alleen nog gelijk wou krijgen in het bijzijn van de pers. Dat was te veel gevraagd. Maar terug naar het hoofddoekendebat in Gent. Het zou niet netjes zijn om alleen de CD&V, partij van de religieuze symbolen, aan de schandpaal te nagelen. Ook de liberalen hebben boter op het blote hoofd. De partij van de vrijheid en het vrije initiatief. Hallo meneer? We mogen zelfs niet kiezen hoe we eruit wensen te zien. Diezelfde liberalen sloegen enkele jaren geleden de groenen bont en blauw om de oren met het verwijt dat ze ‘betuttelend’ waren. Regelneven noem(d)en de liberalen de ecologisten. Is het nu niet net omgekeerd? De wereld op zijn ongesluierde kop.

dinsdag 27 november 2007

De haag wordt niet gesnoeid


Hoe komt het dat het zo lang duurt vooraleer we een nieuwe regering hebben? Ik krijg de vraag geregeld omdat vrienden en collega’s weten ‘dat ik in de politiek zit’. Ik vertel hen dan het volgende:

"Stel dat ik niet hoog oploop met mijn buurman. Hij werkt niet zo hard als ik en neemt het niet zo nauw in en om zijn huis. Het is er slordiger dan bij mij. Eigenlijk vind ik hem maar een nietsnut. En een profiteur. Het werkt zo op mijn zenuwen dat ik hem hardop zo durf noemen. Als ik hem zie in zijn tuin, roep ik dat hij beter een voorbeeld aan mij zou nemen. Beter dan op zijn luie krent te zitten. Vorige week dacht ik eraan dat onze gemeenschappelijke haag dringend moet gesnoeid worden. Daarom riep ik hem: ‘Buurman, we moeten de handen eens in mekaar slaan om onze haag te fatsoeneren’. En weet je wat hij terugriep: ‘Doe het zelf, op mij moet je niet meer rekenen, want ik ben toch maar een luiaard’. Ik begrijp er niets van…"

De parabel van de niet-gesnoeide haag heb ik van Mieke Vogels. En ja, het werkt. Eerst je buur verketteren en hem dan om een gunst vragen. Dat werkt dus niet. ‘Ja’, zei een vriend, ‘mijne gebuur kan ook op zijne kop gaan staan als hij mij dat lapt’. Hij leefde zich moeiteloos in in de rol van de Waal. “Dat hij in de toekomst de haag alleen knipt”, voegde hij er ferm aan toe. Hij bedankte me en weg was hij. Oei, dacht ik, zo bedoelde ik het ook weer niet.

maandag 26 november 2007

Een Herentalse angsthaas


Peter Bellens is een angsthaas en een egoïst. Scheldproza is niet mijn ding en zo is het ook niet bedoeld. Maar hij is het wel. Hij is ook een stadsgenoot. En wel één die zich zopas in de kijker van het nationale nieuws wist te spelen. In naam van 16 CD&V-mandatarissen uit de Kempen liet hij weten dat ‘als er geen eerbaar compromis uit de onderhandelingen komt, dan moeten we trouw blijven aan onszelf en onze geloofwaardigheid behouden’. Hij wil desnoods nog liever naar de oppositie. Het staat in een open brief aan zijn eigen voorzitter Jo Vandeurzen. Het gebeurde op bijna 170 dagen na de triomfantelijke verkiezingsoverwinning van de CD&V. Leterme beloofde de hemel op aarde voor de Vlamingen. Hij en zijn kartelpartner vergaten voor het gemak en voor de kiezer dat er vooralsnog Walen in ons land wonen. En dus oogst de Vlaamse staatsman Leterme al bijna een half jaar lang wat hij in verkiezingstijd gezaaid heeft. Onbegrip bij de Walen die op de koop toe durven te weigeren de agenda van mijnheer Leterme uit te voeren. Peter Bellens en zijn Kempense achterban dreigen dan maar met een vernieuwde oppositiekuur. Verantwoordelijkheid opnemen, ja maar alleen als we ons eigen Vlaams programma kunnen uitvoeren. De schaduw van De Wever is tot diep in de Kempen doorgedrongen. Bellens is meer bekommerd om het lot van zijn partij (en bij uitbreiding het kartel) dan om de toekomst van het land. Bang om gezichtsverlies te lijden na zoveel borstgeklop blijft het katholiek-separatistische kartel al maanden ondergedoken in de loopgraven. Bang om de volgende – regionale - verkiezingen te verliezen. De verkiezingen winnen zijn een doel op zich geworden. Ze zijn niet langer het middel om het land te regeren. Het partijbelang primeert op het belang van het land. De Kempische angsthazen denken alleen aan het redden van hun eigen pels. En die van de luis DeWever.

zaterdag 17 november 2007

Voor Mieke of voor het Zuiden?




Hoe komen ze er bij Groen! op om een congres te organiseren op het moment dat vele honderden groene en andere progressieve vrijwilligers de straat willen optrekken voor 11.11.11? Foei, foei, foei. Ik zat met een dilemma. Mee bepalen of Mieke Vogels dan wel Bart Staes, toen nog gesteld dat het per saldo enkel tussen hen zou gaan, de voorzitter zou worden, is een belangrijke keuze en allerminst een formaliteit. De straat opgaan voor het Zuiden minstens evenzeer. Ik gokte dat mijn afwezigheid op het congres minder het verschil zou maken dan in de lokale actiegroep voor 11.11.11 waar ik sinds haar ontstaan mee aan de kar trek. Ik spoorde vorige zaterdagochtend dus niet naar Gent, maar hulde me in een soort vuilzak met het opschrift ‘Ik vecht tegen onrecht’. Bij het tweede huis waar ik aanbelde, stelde ik vast dat de kartonnen verpakking van de kleurpotloden die ik te koop aanbood al helemaal doorweekt was. En ikzelf ook. Het water viel bij bakken uit de lucht. Vele deuren bleven al dan niet toevallig dicht. Maar uit de deuren die opengingen, kwam veel warmte. Met de glimlach kochten de mensen (droge) kleurpotloden, sleutelhangers, cacaopoeder of wenskaarten. Ik profiteerde volop van het slechte weer (medelijden!) en de invoering van de euro. De prijs van 6 euro leek geen enkel probleem, maar wat indien het nog 240 frank had geweest? Ook de slechte reclame die o.a. 11.11.11 te slikken kreeg van een onverlaat die een boek schreef met de ondertitel dat van elke 100 euro er slechts 1 naar het Zuiden gaat, bleef gelukkig zonder effect. Wat een slag in het gezicht van de vele vrijwilligers die weer eens op pad waren voor een rechtvaardige wereld. Ik moet trouwens bekennen dat ik niet alleen voor de arme sukkelaars de straat opga. Ik doe het ook voor mezelf. Het heeft een therapeutische werking en biedt een grote portie antigif voor de toenemende verrechtsing (lees: egoïsme) die in hetzelfde straatbeeld te merken valt. Het stelt mijn negatiever wordend beeld over de goedheid van de mens elk jaar weer wat bij. En… omdat ik in mijn eigen buurt ga, helpt het om vriendelijk te blijven tegen de mensen die ik dagelijks ontmoet. Mieke Vogels liet het ondertussen niet aan haar hart komen en zorgde dat mijn berekende gok goed gekozen was. Bart Staes is gewoon onmisbaar als Europarlementslid. Mijn god, ik houd mijn hart vast als Staes het lot van pakweg de Tsjetsjeense bevolking niet meer zou aantrekken. En Mieke Vogels is nu eenmaal een beter uithangbord voor de partij. Ze plakt niet alleen beter op het scherm. Ze is recht voor de raap en slaagt er als geen ander in om de groene boodschap helder en eenvoudig te formuleren zonder populistisch te worden. Voorwaar ingrediënten om de partij in de richting van dubbele verkiezingscijfers te duwen. En dat is toch wat Mieke wil. En ik ook.

vrijdag 16 november 2007

SK Lierse is gered!


Driewerf hoera! Lierse is gered. Gun mij even een euforische uitlating. Geen maanden, maar jaren, zit ik – en samen met mij vele duizenden trouwe supporters met een geel-zwart voetbalhart – met ingehouden adem en geknepen billen lijdzaam toe te zien hoe het met onze club bergafwaarts gaat. Tien jaar na het behalen van de landstitel in de hoogste voetbalklasse was het vandaag erop of eronder voor SK Lierse. In die 10 jaar ging het van kwaad naar erger. De laatste jaren kwam de club steevast negatief in het nieuws. Financieel wanbeheer met torenhoge schulden tot gevolg. De malafide Chinees Ye kocht trainers en spelers om om de club zogezegd te redden. De supporters moesten het toneel aanschouwen. Ze werden vernederd maar bleven trouw. Zelfs nadat de club dit seizoen in tweede klasse moest starten. En ook daar loopt het voor geen meter. De logica van het geld is onverbiddelijk in het voetbal. Wie geen centen heeft kan geen goede ploeg op de been brengen. De voorzitter bleef naar buitenuit optimistisch. Hij schermde met potentiële sponsors. Niets werd concreet. De spelers dreigden te staken omdat ze hun loon niet meer kregen. Hoe diep kan je zitten? Plots was er sprake van een Egyptisch spoor. Wadi Degla is een steenrijk concern dat zich bezighoudt in de vastgoedsector. Het zou verder inkomsten halen uit de telecommunicatie, olieraffinaderij en andere zaken, heet het. Voorzitter Theyskens reisde de laatste tijd geregeld naar Egypte. Een Egyptische delegatie streek geregeld neer in Lier. Zou het dan toch menens zijn? En zo ja, waarom? Hoezee, de eerste vraag werd vandaag positief beantwoord. De tweede is nog niet helemaal duidelijk. Of ik zo blij ben dat mijn ploeg in handen van Egyptenaren komt? Dat nu ook weer niet. Maar het was de enige weg om Lierse van het failliet te redden. “Iedereen die het goed meent met deze club is welkom”, heb ik de laatste tijd wel meer gezegd. Als het water je aan de lippen staat, maakt het niet uit hoe de reddingsboei er uit ziet. Hij moet wel betrouwbaar zijn. Zo zal ik kritisch en met de nodige argwaan volgen hoe het mijn club vergaat nu ze op Egyptische leest geschoeid wordt. Ik hoop dat de vele groene supporters van Lierse - Freya Piryns en anderen – terug met opgeheven hoofd naar het voetbal kunnen gaan. Want waar zijn de emoties zo groot en de verschillen in de sociale klassen zo klein als in onze sport?

woensdag 14 november 2007

Mijn lekkende veranda

Het gebeurt hoogstzelden dat Herentals een plaats krijgt op de nationale, politieke krantenpagina’s. Wanneer zelfs een kwaliteitskrant hiervoor plaats ruimt, is er gehaaid wat aan de hand. Twee lokale verkozenen maken samen de overstap bekend naar de Lijst Dedecker. Guy Paulis, ex- schepen, verlaat de Open-VLD. Niet verwonderlijk, want in zijn politieke leven is hij altijd onderweg. Een soort ongeleid projectiel, dat op vergaderingen veelal afwezig is en onverwacht opduikt. Hij wandelt met besliste tred en rechte rug door de stad, met als hoofddoel ‘in beeld te zijn’. Zo stond hij ook zo veel mogelijk als houten klaas op allerhande foto’s in de lokale en regionale pers. Inhoud en visie, laat staan consistentie, behalve groene aversie, is deze palingpoliticus geheel vreemd. Of het moet zijn dat hij altijd resoluut de kant kiest van Middenstand en Industrie. Om die reden stapte Christine Schaut vorig jaar in de politiek. Als mede-zaakvoerder van een verandabedrijf koos ze tot mijn verrassing voor de SP.a. Na een mega-campagne werd ze verkozen, maar ze laat nu weten dat ze haar sociaal-economische ei binnen de partij niet kwijt kan. En dat ze geen ruimte krijgt van burgemeester Jan Peeters. Dat laatste zal wel kloppen. Had ze mij maar even om raad gevraagd, ik had haar met plezier gewaarschuwd voor Jan ‘Napoleon’ Peeters. Ik leerde haar kennen toen ik haar zaak binnenstapte omdat ik een veranda wou laten aanbouwen. Toen was ze nog vriendelijk. Nu mijn veranda gebouwd is, al enkele jaren overigens, is haar toon veranderd. Ik bel haar nog geregeld omdat er een waterlek is. Ze heeft al 9x beloofd dat ze een hersteller gaat sturen en de laatste maal kreeg ik te horen dat het lek niet van de veranda afkomstig kan zijn. Jammer dat ze politiek en beroepsvakmanschap niet gescheiden houdt. Nu heeft ze zich wellicht wel eens geschoffeerd gevoeld door mij. Op een verkiezingsdebat liep ik haar bijna letterlijk tegen het lijf. Ik zat plots niet verlegen om een grapje en zei botweg dat ik haar nu wel beu gezien was. Als ze een slang geweest was, zou ze vervaarlijk gesist hebben. Ze had geen antwoord klaar. Ik verklaarde me nader. “Ik heb je kop vandaag al 6 keer zien hangen.” Ik vrees dat ik haar ‘service na verkoop’ sindsdien echt mag vergeten. Enfin, ze rukt haar politieke stuur naar rechts en gaat het programma van Dedecker verdedigen. Nu nog een programma.

zondag 4 november 2007

De schaamte van Kathleen Cools en mezelf in de Ardennen


Kathleen Cools en ik hebben wat gemeen. Om te beginnen zijn we allebei geboren in 1963. Meer nog: ons beider sterrenbeeld is de schorpioen. Dat heb ik uit een column van Joël De Ceulaer, collega-journalist van Cools, al weet ik niet dat hij dat wil gezegd hebben. De Ceulaer kiest onder meer als Knack-journalist geregeld voor de frontale aanval. Ook nadat Kathleen Cools in Humo van lang geleden aan haar sterrenbeeld bepaalde karaktereigenschappen toedichtte. De nekharen van De Ceulaer gingen overeind staan. Hij besloot haar vakkundig aan de schandpaal te nagelen, haar eerst uitnodigend als vrouw met een voorbeeldfunctie om ‘alsnog zich te laten bekeren tot een rationeel wereldbeeld’. De organisatie SKEPP haastte zich om haar jaarlijkse prijs, ‘de Zesde Vijs’, ik verzin het niet, uit te reiken aan ‘boogschutter’ De Ceulaer. Nu ben ik normaliter niet benieuwd naar de geboortedatum van BV’s, maar van Kathleen Cools wil ik het wel eens weten. Wie weet zijn we op dezelfde dag geboren? Zoals onlangs bleek toen ik een pint pakte met een collega-scheidsrechter. Toen hij naar mijn leeftijd vroeg, bleek dat we hetzelfde geboortejaar hadden. “Ik in november”, preciseerde hij. “Ik ook”. “Toch niet de 20ste?”. “Jawel, ziehier” en hij haalde prompt zijn paspoort boven. We lagen in een deuk van het lachen. Maar, euh, terzake met Kathleen Cools. Buiten onze leeftijd hebben we beiden een samenlopend radioverleden. We zijn begonnen bij Studio Brussel en in de tweede helft van de jaren 90 zijn we overgestapt naar Radio 1. Zij als radiomaker, ik als luisteraar. En dan zijn er nog onze gezamenlijke indrukken van de afgelopen dagen.
We hadden het beiden beroepshalve de voorbije weken ontzettend druk. En wat bleek? Kathleen zocht de Ardennen op om even op adem te komen. Ze vertoefde enkele dagen in Malmédy. Zonder dat ik het van haar wist had ik ook een optie op een korte vakantie in juist…Malmédy. Ik koos met mijn gezin uiteindelijk voor La Roche. Zij zag geen Belgische vlaggen, daar in het oosten des lands, als tegengewicht voor het separatistische discours van de Vlamingen. Ik ook niet in La Roche. Met uitzondering van 1 driekleurige sticker op de ruit van een café, met daarop het alleszeggende ‘Ensemble’. Net als Kathleen werden ook wij op onze wandelingen begroet door goedgeluimde Franstaligen. De ‘bonjours’ waren er talrijk en hartelijk. En in de lokale winkels werden mijn Franse vragen in het (gebroken) Nederlands beantwoord. Was mijn Frans niet goed genoeg of wilden ze per se hun goede wil tonen? Enfin, wat waren we hier ver van het communautaire gehakketak! Terwijl Kathleen Cools zich schaamde in Malmédy voor de verbale krachtpaterserij van de Vlaamse politici, deed ik hetzelfde in La Roche. Normaal mag een mens best fier zijn op zijn afkomst, maar ik wou me haast verontschuldigen omdat ik Vlaming ben. Ik deed het toch maar niet, en besloot ten volle te genieten van de bossen, de gezonde lucht en de streekproducten, hier in ons eigen land.